De toegangsinstellingen voor een service bewerken

U kunt de volgende toegangsinstellingen voor een service bewerken:

• Toegangsinstellingen

• Specifieke toegangsinstellingen

• Standaardtoegangsinstellingen

De toegangsinstellingen voor een service bewerken

1. Start Norton.

   Wanneer u naast Apparaatbeveiliging het venster Mijn Norton ziet, klikt u op Openen.

2. Klik in het hoofdvenster van het Norton-product op Geavanceerd of Instellingen.

3. Klik op Firewall in het linkerdeelvenster.

4. Klik op het instellingenpictogram in de rij Verbindingen blokkeren.

5. Selecteer in het venster Verbindingen blokkeren in het menu Instellingen bewerken de netwerklocatie waarvoor u de instellingen voor Verbindingen blokkeren wilt bewerken.

6. Selecteer in het menu Beeld de optie Services/poorten.

7. Selecteer een van de volgende tabbladen:

   Binnenkomend	Hier kunt u de toegangsinstellingen opgeven voor de binnenkomende verbindingen die de service gebruiken.
   Uitgaand	Hier kunt u de toegangsinstellingen opgeven voor de uitgaande verbindingen die de service gebruiken.

8. Selecteer in het deelvenster Beeld de rij met de naam van de service en klik op Bewerken.

9. Breng de gewenste wijzigingen aan in het dialoogvenster Service bewerken.

10. Klik op Opslaan.

De specifieke toegangsinstellingen voor een service bewerken

1. Start Norton.

   Wanneer u naast Apparaatbeveiliging het venster Mijn Norton ziet, klikt u op Openen.

2. Klik in het hoofdvenster van het Norton-product op Geavanceerd of Instellingen.

3. Klik op Firewall in het linkerdeelvenster.

4. Klik op het instellingenpictogram in de rij Verbindingen blokkeren.

5. Selecteer in het venster Verbindingen blokkeren in het menu Instellingen bewerken de netwerklocatie waarvoor u de instellingen voor Verbindingen blokkeren wilt bewerken.

6. Selecteer in het menu Beeld de optie Services/poorten.

7. Selecteer op het tabblad Binnenkomend of Uitgaand de service waarvoor u de specifieke toegangsinstellingen wilt bewerken.

8. Selecteer in het deelvenster Beeld de rij met de naam van de specifieke toegangsinstellingen voor de toepassing en klik op Bewerken.

9. Breng de gewenste wijzigingen aan in het venster Service bewerken.

10. Klik op Opslaan.

De standaardtoegangsinstellingen voor een service bewerken

1. Start Norton.

   Wanneer u naast Apparaatbeveiliging het venster Mijn Norton ziet, klikt u op Openen.

2. Klik in het hoofdvenster van het Norton-product op Geavanceerd of Instellingen.

3. Klik op Firewall in het linkerdeelvenster.

4. Klik op het instellingenpictogram in de rij Verbindingen blokkeren.

5. Selecteer in het venster Verbindingen blokkeren in het menu Instellingen bewerken de netwerklocatie waarvoor u de instellingen voor Verbindingen blokkeren wilt bewerken.

6. Selecteer in het menu Beeld de optie Services/poorten.

7. Selecteer op het tabblad Binnenkomend of Uitgaand de rij met de standaardtoegangsinstellingen voor de service in het deelvenster Beeld. Klik vervolgens op Bewerken.

8. Selecteer een van de volgende opties in het opgeroepen venster Standaardactie voor :

   Toestaan	Hiermee worden de netwerkverbindingen voor de service toegestaan.
   Blokkeren	Hiermee worden de netwerkverbindingen voor de service geblokkeerd.

9. Klik op Opslaan.

Meer hulp nodig?

• De toegangsinstellingen voor services configureren

• De specifieke toegangsinstellingen voor een service aanpassen